CLEMMINCK

           DRIEHOEKS
    LɅND

driehoeksland


Clara bevrijdt zich van de vertrouwde gezichten om zich heen en ontvlucht haar ziekte in een verhaal. Ze is niet ziek, ze gaat niet dood, niet voor Lou, met wie ze een tweede liefde verborgen heeft gehouden voor de vader van haar kinderen. Onder het beproefde voorwendsel van een reis alleen spreken ze net als de afgelopen jaren af waar ze in de herfst steeds hebben afgesproken, in een thuis weg van thuis. Net als de afgelopen jaren zullen ze in hun huis op de rotsen een week lang ongestoord samen kunnen zijn en op de terugreis vooruitkijken naar hun volgende verblijf.

Clara is alleen in haar verhaal, en dat maakt het anders dan het gedeelde verhaal van haar liefde. Sluitend in zijn tweestemmigheid heeft dat nooit leugen hoeven worden; het eenstemmig vertelde wordt het onder druk van de omstandigheden wel. De verhalenverteller wordt een leugenaar, de leugenaar neemt afstand van zichzelf. Ze is ziek, moet ze erkennen, ze gaat dood, ook in het land waar ze had gedacht haar horizon nog te kunnen bewaren. Het isolement dat in haar geliefde landschap altijd paradijs was, is niet langer een droom voor twee.

 


"Ze heeft buiten hem en zijn gezichtsveld bestaan; in de dode hoek die onvermijdelijk met hem meebeweegt heeft ze ruimte gevonden. Die dode hoek is een land dat vanuit zijn beginpunt oneindig onzichtbaar uitwaaiert. Hoe verder de lijnen zich vanuit dat punt van elkaar verwijderen richting de horizon, hoe groter dat driehoeksland wordt, hoe meer leven en liefde er zonder hem mogelijk is geweest."


Driehoeksland © 2020 M. CLEMMINCK