Viering
Ik vier ik vier met veel plezier vandaag
de zichtbaarheid van onze wereld. Zie
en vier zou ik willen zeggen: vandaag
wat gisteren nog ons totaal ontging,
verbluffend, magistraal. Cholesterol
bijvoorbeeld: cholesterol in het ei
waarmee ik deze feestdag start ontging
me gisteren nog totaal. En ineens,
verbluffend, magistraal, was daar het in-
het uit- het opzicht: afzichtelijk ik
ik vier met volle mond de wetenschap
die mij mij voor het ei behoedt. Vanaf
vandaag behoed ik mij voor te veel ei.
Je ziet: ik vier hier mijn behoedzaamheid
vandaag. Ik stierf dus tot op heden niet
maar goed, de feestdag is nog niet voorbij.