Smeden wij toekomsten uit goud
Beogen wij een ambtstermijn.
Doen wij hierbij u een belofte.
Zijn zij de anderen de schoften.
Zijn wij onwrikbaar wie wij zijn.
Beloven wij ter plekke bergen.
Smeden wij toekomsten uit goud.
Trakteert u ons op hertenbout bij de lunch.
Mag u van ons ’t uiterste vergen.
Steekpenningen wij er op los.
Omvormen wij chaos tot orde.
Negeren wij de snelheidsborden.
Maskeren wij gezond de blos.
Versnijden wij de taart de macht.
Snoepreizen wij ons rond als tonnen.
Voeren wij ook op tandartsbonnen.
Spuiten wij slagroom in uw acht-
erste.